Nikolaj Pavlov. De verjaardag.

Nikolaj Pavlov. De verjaardag. Amsterdam, Uitgeverij Filonov & Stichting Slavische Literatuur, 2021, 41 p. (Russisch Zilver Nummer 1) ISBN 978-90-818675-66. Vertaling en inleiding Willem G. Weststeijn. Bibliofiele editie op 50 exemplaren.

Sedert het online verschijnen van onze bibliografie van Russische literatuur in Nederlandse vertaling 1789-2020 (Emmanuel Waegemans / Cees Willemsen / Huub Severiens – Bibliografie van Russische literatuur in Nederlandse vertaling, 1789-2020 – Benerus) is één jaar verstreken en zijn zo maar eventjes 200 nieuwe titels verschenen. De uitgever en vertaler van deze titel - Willem Weststeijn - behoort tot de tien meest productieve vertalers van Russische literatuur – met 87 publicaties en 1052 titels op zijn actief. Alle achting ! Die neemt nog toe door het opstarten van een nieuwe reeks miniatuurtjes, vergeten of verwaarloosde werkjes van de Russische letteren, die de niet onpassende titel ‘Russisch Zilver’ heeft meegekregen (en dat terwijl de door Pegasus uitgegeven serie Slavische Cahiers zulke mooie uitgaven brengt).

De auteur is in ons taalgebied nog niet eerder vertaald ; er is wel zijn naamgenoot Oleg Pavlov met De aardappels en de staat, maar dat is een andere en hoort thuis in de 20e eeuw. Een nieuwkomer dus. Het is geen hoogvlieger, heeft ook niet zoveel gepubliceerd, maar zijn tijdgenoot Aleksandr Poesjkin, toch zelf de grande van de jonge Russische literatuur, had een scherpe neus toen hij Pavlovs verhaal De verjaardag hoog aansloeg (eigenlijk zou het ‘De naamdag’ moeten zijn – Imeniny). Dat heeft waarschijnlijk iets te maken met enige gelijkenis met zijn eigen verhalen De sneeuwstorm en Het schot. Door Poesjkin geroemd worden, was een aanbeveling. Maar niet iedereen in Rusland deelde de mening van de nieuwlichter Poesjkin : de heersende tsaar Nicolaas I liet zich erg negatief uit over de bundel waarin dit verhaal verscheen en gaf de censor een uitbrander. De bundel mocht niet meer heruitgegeven worden.

Nikolaj Pavlov (1803-1864) was een lijfeigene die van zijn landheer (hoogstwaarschijnlijk zijn eigen vader) de vrijheid kreeg en daardoor een behoorlijke opvoeding kon krijgen. De ‘held’ in het verhaal De verjaardag is ook een lijfeigene die het aan zijn muzikale talenten te danken heeft dat hij mag optreden in de hogere kringen. Hij wordt officier en weet zich dus te ontworstelen aan zijn milieu, maar hij blijft zich altijd bewust van de kloof die blijft bestaan tussen eenvoudige mensen en edellieden. De novelle is eigenlijk een verhaal in een verhaal, een populair procedé in die tijd, dat het een beetje geheimzinnig moet maken. Een vriend geeft hem een manuscript van ene N. te lezen waarin ‘een nogal vreemd avontuur’ (14) wordt beschreven.

Het is natuurlijk uit den boze om hier dit avontuur uit de doeken te gaan doen en daardoor de lust om het nog te lezen de grond in te boren, maar Poesjkin had gelijk : het verhaal was spannend en toont een verrassende ontknoping (6). Voor het eerst voel je ook de nieuwe Russische literatuur ontstaan. Niet meer de satirische of moraliserende preek van de 18e eeuw, niet meer de romantiek of de gothic novel, maar eenvoudige, realistisch vertelde verhalen over dingen die redelijkerwijze wel kunnen voorkomen. Er zitten veel geslaagde formuleringen in : ‘Ze zijn voorbijgegaan als gewone mensen ; ze waren er, en nu zijn ze er niet meer : dat is het hele boek van hun bestaan.’ (9) Over een pas getrouwde man van een jaar of dertig zegt de verteller : ‘Het is lastig, bijna onmogelijk in woorden die bliksemslag van het geluk weer te geven die toen zijn hoofd verduisterde.’ (10) Het geluk van de jonge man blijft niet duren : ‘O, ik ben wat dit betreft diep teleurgesteld… een vrouw, truffels en champagne – het is allemaal hetzelfde !...’ (14), een niet alledaagse vergelijking. ‘… maar nauwelijks had ik enkele woorden kunnen uiten over de bekoorlijkheden van de echtelijke liefde, of een donkere wolk van gepeins versomberde het gezicht van mijn gespreksgenoot.’ (17) In militaristische taal beschrijft hij : ‘deed mij het hart betoveren van een vrouw die even onbereikbaar voor me zou zijn geweest als een rots van de Kaukasus voor een kozakkenpaard’ (18).

De liefde die het hoofdpersonage voelt voor een jonge aristocrate is onbereikbaar : ‘Een rijtuig en jij, dat past niet bij elkaar’ (23), ‘Aleksandrina stond zo ver van me af in het maatschappelijke leven’ en ‘Ik keek naar haar als naar een schilderij dat niet te koop is’ (25).

Het is ook het aandoenlijke 19e-eeuwse verhaal niet alleen van standsverschillen en onmogelijke liefde, maar ook van de kloof tussen stad en platteland : ‘Ach, de werkelijke verknochtheid aan de kunst moet men in de provincie zoeken, in afgelegen dorpen, waar luxe en ijdelheid de gevoelens niet afstompen, waar onder eenvoudige kleren een onbedorven hart klopt !’ (31) Zo eenvoudig is dit platteland toch ook weer niet : men kan zich een muziekleraar en champagne veroorloven. Wanneer de leraar tenslotte bekent dat hij een lijfeigene is (33), valt het landelijke wicht natuurlijk in zwijm.

Hoe dit ouderwetse, maar toch charmante verhaal afloopt, moet u zelf maar lezen in de nieuwe reeks ‘Russisch Zilver’. Het is een bibliofiele editie (oplage 50 exemplaren), voor mijn smaak had het boekje iets luxueuzer uitgegeven mogen worden. Dat verdienen kleinoden nu eenmaal. We kijken uit naar de volgende nummers.